Europa en het homohuwelijk
In steeds meer Europese landen kunnen homo’s huwen: Nederland (sinds 2001), België (2003 – zie hierna), Spanje (2005), Noorwegen (2009), Zweden (2009), Portugal (2010), IJsland (2010), Denemarken (2012), Frankrijk (2013), Engeland/Wales/Schotland (2014), Malta (2014), het Groot-Hertogdom Luxemburg (2014), Finland (2014) en Ierland (2015).
In 7 lidstaten is sinds enige jaren het zogenoemde geregistreerd partnerschap toegankelijk voor holebikoppels, waardoor ze officieel samenwonen en genieten van extra rechten die voorheen niet voor hen toegankelijk waren. Vreemde eend in de bijt is Estland, waar vanaf volgend jaar een “samenlevingscontract” aangegaan kan worden tussen twee mannen of vrouwen.
Oost-Europa
Opvallend is dat de landen waar homo’s geen officiële relatie kunnen aangaan vooral Oost-Europese landen zijn, de nieuwe leden van de EU-familie. Daarnaast ontbreekt er in Italië, nochtans een van de stichtende EU-landen, ook specifieke wetgeving.
In Oost-Europa zijn er ook grote verschillen tussen de verschillende landen: in de Baltische staten bijvoorbeeld is er in Estland zoals gezegd een samenlevingscontract mogelijk, terwijl in Letland en Litouwen een overweldigende meerderheid van de bevolking tegen meer rechten voor holebi’s is. Slovenië werd eerder deze maand dan weer het eerste Oost-Europese land dat het homohuwelijk goedkeurde.
Hoe het ook zij, de houding ten opzichte van holebi’s heeft deze eeuw geen enkele lidstaat onberoerd gelaten. Terwijl het ene land het huwelijk legaliseerde, werd in het andere land net expliciet in de grondwet verankerd dat het huwelijk enkel een unie tussen twee mensen van met een verschillend geslacht kan zijn, waardoor het homohuwelijk dus expliciet verboden wordt. Eenparigheid is er dus allerminst.